Martha zegt haar baan op vanwege een ruzie met collega's op het werk over wie de eer moet krijgen voor een recente deal. Haar impulsieve emoties zorgen ervoor dat ze stopt zonder na te denken over de verstrekkende gevolgen ervan. Is het überhaupt belangrijk wie de eer krijgt voor de deal? Zou het rationeler kunnen worden geregeld? En heeft ze nagedacht over waar ze onmiddellijk ander werk zou kunnen vinden?
Gerard onderhoudt een giftige relatie met zijn partner; dit, ondanks dat hij weet dat het de hoogste tijd is om uit elkaar te gaan. De troost van vertrouwdheid weerhoudt hem ervan het onbekende te trotseren. Elke ochtend stelt hij zich catastrofale scenario's voor die hem uit deze situatie zouden kunnen bevrijden - ongelukken, ziektes, verplichtingen die hem dwingen te verhuizen, et cetera. Maar het lot doet niet voor hem wat hij voor zichzelf moet doen. Hij blijft verlamd, niet in staat om na te streven wat hij weet dat goed voor hem is.
Roberta's fixatie op orde en controle houdt haar los van de maatschappij. Ze plant elke dag - en elke activiteit van elke dag - zo nauwgezet dat haar vrienden wanhopen over haar gebrek aan spontaniteit. Ze woont alleen, werkt alleen en brengt haar avonden alleen door. Zo kan ze haar plannen tot op de letter uitvoeren. Ze viert haar verjaardag ook alleen, kijkt om zich heen en vraagt zich af: "Hoe komt het dat iedereen samen met anderen zoveel plezier beleeft?"
Het lijden van Martha, Gandolfo en Roberta hebben ze aan zichzelf te wijten. Je zou kunnen zeggen dat dit het resultaat is van een onevenwichtigheid, waarbij één aspect van hun psychologie al het andere domineert. Als zodanig zijn ze niet bijzonder ongebruikelijk. Een nauwkeurige studie van mensen in het algemeen onthult dat interne tegenstrijdigheden de norm zijn.
Oorsprong van de koetsmetafoor
Een oude Oosterse leer verklaart deze tegenstrijdigheden door de metafoor van het paard, het rijtuig, en de koetsier te gebruiken om de samenstelling van de mens te illustreren. Deze metafoor komt voor het eerst voor in de heilige teksten die de basis vormen van het hindoeïsme - de Veda's - en wordt uitgewerkt in latere hindoeïstische teksten, zoals de Upanishads:
"Ken het Zelf als heer van de wagen,
Het lichaam als de strijdwagen zelf,
Het onderscheidende intellect als de wagenmenner,
en de geest als teugels.
De zintuigen, zeggen de wijzen, zijn de paarden;
Egoïstische verlangens zijn de wegen die ze bewandelen."
Wanneer paard, koets en menner in harmonie samenwerken, vormen ze een synergie die hun individuele mogelijkheden overstijgt. Het intellect van de koetsier stuurt de brute kracht van de paarden, terwijl de koets die kracht gebruikt om naast de passagier zwaardere goederen te vervoeren. Deze samenwerking zorgt voor een efficiënte, doelgerichte verplaatsing naar een gekozen bestemming. Als deze elementen echter niet synchroon lopen, hapert het systeem niet alleen, maar wordt de activiteit van elk onderdeel belemmerd. Een slecht onderhouden koets zal zelfs de beste rossen vertragen; een ongetraind paard zal zelfs de meest geavanceerde koets uit koers slepen. Een nalatige bestuurder zal geen paard en wagen kunnen besturen. In menselijke termen vertaalt dit zich als intern conflict, besluiteloosheid of zelfdestructief gedrag. De metafoor illustreert hoe ons potentieel voor uitmuntendheid - of voor disfunctie - afhangt van het delicate evenwicht tussen onze verschillende faculteiten.
Deze zelfde metafoor werd overgenomen en aangepast door verschillende psychologische tradities, meest recentelijk door George Gurdjieff: "Een mens als geheel, met al zijn verschillende en afzonderlijk functionerende lokalisaties is in wezen precies vergelijkbaar met dat middel voor het vervoeren van een passagier dat bestaat uit een rijtuig, een paard en een koetsier."
Toegepast op Martha, Gandolfo en Roberta...
- Lees verder in Eclecticus -