1 - Ooit een inktvis gezien met een menselijk gebit? De Promacthoteuthis sulcus is wel degelijk een inktvis van jouw nachtmerries. Gelukkiglijk zijn de tanden niet zo beangstigend als ze er uitzien. In wezen zijn het lippen! Net zoals alle koppotigen heeft de Promacthoteuthis sulcus een bek, maar zijn uniek gevormde lippen bedekken die. Wees dus niet bang van zijn pseudo-tanden, maar wél voor de krachtige bek, die eronder verscholen ligt. Anderzijds moet je je dan wel diep onder de oceaan bevinden, want je treft die inktvis slechts vanaf een diepte van rond de 1.750 meter aan. In het pikdonkere dus. Maar...,
... het grappige ervan is, dat - zoals je net hebt gelezen - die tanden - hoe vlijmscherp zo ook waren, niet met het blote oog te zien zijn. Wél met een microscoop, natuurlijk. Om jou daarvan een idee te geven: de punten ervan hebben de wijdte van 1/20ste van een menselijk haar, zó microscopisch klein zijn ze.

2 - De inktvis Loligo pealei heeft acht armen en twee tentakels die bedekt zijn met miljoenen zuigkopjes van elk 0,4 millimeter doorsnee. Ze zijn allemaal omringd met ’tandjes’ van chitine, een hard, suikerhoudend materiaal dat doet denken aan hoorn. Dankzij de stevige tanden zijn de zuigkopjes extra effectief als de inktvis een prooi grijpt. De foto is genomen aan de Drexel University in de Verenigde Staten, waar men de eigenschappen van chitine onderzoekt.

3 - Wat de scherpste tanden betreft, gaat de hoofdprijs naar de prehistorische conodont, die 200 miljoen geleden, toen de dinosaurussen het aardoppervlak begonnen te bevolken, uitstierven. Bekijk de tanden op de onderstaande foto.

De Conodonta, of conodonten, waren in zee levende gewervelde diertjes, meestal niet groter dan een centimeter en geleken om minutieus kleine palingen. Wel was er een soort, namelijk de Promissum, die wel 40 cm groot kon worden.
Ondanks die scherpe tanden, die in wezen verlengstukken waren van het kaakbeen, werden ze niet gebruikt om voedsel stuk te bijten. Juist omdat ze samen met het kaakbeen één geheel vormden, zouden ze vrij snel breken, of verslijten, van zodra men ze gebruikte om voedsel in kleinere stukjes te snijden, of te malen. Maar natuurlijk: eenmaal een prooi in die bek, kan deze zich niet meer losrukken. Hoe die tanden dan wél werkten, zie je op onderstaande vidoclip.
"""""""
4 - Dan hebben we nog de Drakenvis, ook Arowana genoemd, die diep in zee leeft. Denk nu niet dat, indien je als daar een beet van krijgt je je zomaar van dat beest kunt losmaken - want, naast de gewone tanden heeft dat kleine monster ook tanden op de tong groeien. Maar, ook hier: hoe beangstigend het dier op de foto er uitziet, is het niet groter dan 15 centimeter en leeft het diep onder het water. De kans is dus klein dat je elkaar ooit zult ontmoeten. Bovendien valt het geen mensen aan en is het zo goed als stekeblind.

5 - Megalodons waren haaien wiens tanden ongeveer 15 cm groot waren. In het water was geen enkele dier zo sterk, maar klimaatveranderingen verstoorden zijn leefgebied. De haaien hadden een lengte van rond de 20 meter en verbruikten tijdens hun leven een 20.000-tal van zulke tanden. Ook de haaien van tegenwoordig verliezen hun tanden regelmatig, maar ze worden door reservetanden vervangen. Het is dan ook de reden waarom ze zo vlijmscherp blijven.

6 - De hoofdprijs van het dier met de meeste tanden, maar met de minste ledematen gaat naar de slak. De meeste slakken leven in zee, en daarnaast leeft een deel van de soorten in het zoete water. De slakken zijn op verschillende manieren in te delen. Zo zijn er slakken met een huisje (huisjesslakken) en slakken zonder huisje (naaktslakken); soorten, die door kiewen - en andere, die door longen ademen, er zijn aaseters, planteneters, detrituseters, en zelfs op prooien jagende vleeseters. Sommige zeeslakken, bijvoorbeeld, leven ingegraven in de zeebodem, en hebben ademhalingsbuisjes, die boven de waterbodem reiken om zuurstof en voedsel uit het water te filteren of vijanden op te merken.
Slakken zijn de énige weekdieren die ook op het land leven. Van alle dieren bezitten slakken de meeste tanden, indien we ze 'tanden' willen noemen. Ze hebben er duizenden, maar kunnen er hun eten niet mee kauwen. Anders gezegd: slakken hebben een raspachtige mond, radula genaamd, die bestaat uit vele duizenden kleine hoornachtige tandjes. Hiermee worden dunne laagjes weefsel van het voedsel geschraapt. De grootte, vorm en aantal tanden is dan ook aangepast op het voedsel van de slak.

7 - De fameuze piranha's kunnen met hun vlijmscherpe tanden in enkele seconden tijd een gehele koe oppeuzelen. Het enige dat ze ervan achterlaten zijn de beenderen. Hun tanden zijn driehoekig, die ervoor zorgen dat ze de prooi niet kunnen loslaten.

8 - Nu, nu dat we het dan toch over grote tanden hebben ... De meeste gifslangen hebben holle massieve, naar achteren gerichte tanden, waardoor ze in staat zijn om daarin gif op te slaan en het in het lichaam van een slachtoffer te injecteren. Sommige soorten hebben giftanden van enkele centimeters lang. Ook worden de tanden van alle slangen gedurende het gehele leven regelmatig vervangen.
De belangrijkste functie van slangengif is echter niet het doden van vijanden, maar het efficiënter verteren van de prooi. Slangengif bestaat grotendeels uit verbindingen, die eiwitten afbreken. Hierdoor is de slang als één van de weinige dieren in staat de vertering van de prooi al buiten het lichaam te beginnen, nog voordat de prooi is opgegeten.
De spijsverteringsorganen van de slang beslaan bijna het gehele lichaam. Het voedsel komt via de slokdarm in de maag en begint daarna een lange reis door de darmen. Slangen verkleinen de prooi, niet door te kauwen, maar slikken deze in één keer door. Dit komt, doordat het scharnierpunt van de onder- en bovenkaak relatief ver naar achter is geplaatst, kan een slang zijn bek verder opendoen dan bijvoorbeeld een hagedis. Het vermogen de bek zeer ver open te sperren stelt de slang in staat om prooien te eten met een grotere diameter dan het lichaam.
De linker- en rechterhelft van de onderkaak zijn niet met elkaar vergroeid maar met pezen verbonden, de onderkaak is hierdoor flexibeler. Hierdoor kan de slang bij grote prooien met zijn ene rij tanden de prooi verankeren in de bek, terwijl de andere rij eerst naar voren wordt geschoven en verderop in de prooi wordt gehaakt. Daarna laat de andere rij tanden los en herhaalt dit proces zich waardoor de prooi langzaam naar binnen wordt gewerkt.
Slangen die hun bek extreem ver kunnen opensperren zijn de eieretende slangen uit het geslacht Dasypeltis. Een slang kan zijn kaak niet ontwrichten zoals wel eens wordt beweerd. Slangen eten meestal behaarde, gevederde of geschubde prooien, en de spijsvertering is goed ontwikkeld om de prooi volledig te verteren.

9 - Ooit gehoord van: "Hij heeft haar op zijn tanden?"... Walvissen hebben haar, niet op de tanden, maar wel daar waar er tanden zouden moeten staan. Jazeker, in plaats van een rij tanden treffen we op die plaats een snor aan, waarin voedsel kan worden gevangen. Dus, telkenmale een walvis zijn mond opendoet om er water in op te vangen, blijft er tussen die haren voedsel hangen, die hij daarna kan verorberen.
Nu hebben we het wel over baardwalvissen, ofwel baleinwalvissen, want er bestaan ook tandwalvissen. De baleinwalvis heeft dus, in plaats van tanden, een soort borstels aan zijn kaak hangen, die uit keratine bestaan en baleinplaten worden genoemd. Hij slokt zijn eten op en perst het water, wat mee zijn bek in kwam, via de baleinen er weer uit. Hij eet kleine visjes, garnaaltjes, plankton, kwallen, wormen, enzovoorts.
Tandwalvissen, daarentegen, zijn actieve jagers. Ze voeden zich met vis, inktvis, en soms met andere zeezoogdieren.
En, de zwaardwalvis, of orka, de grootste vertegenwoordiger van de familie dolfijnen, wordt ook wel de 'killerwhale' genoemd. Het dieet van de orka is gevarieerd. Het menu omvat vis, zeevogels - zoals: pelikanen, aalscholvers, pinguïns en meeuwen - pijlinktvissen, en zoogdieren, zoals de Weddellzeehond en de zeeleeuw tot zelfs haaien en andere walvissoorten, waaronder baleinwalvissen...

10 - De Schaapskopbrasem, Archosargus probatocephalus in het Latijn, is een straalvinnige vis uit de familie van zeebrasems. De vis kan maximaal 91 cm lang en 9630 gram zwaar worden. De vis leeft voornamelijk van weekdieren en schaaldieren. Deze vis prefereert een subtropisch klimaat en leeft hoofdzakelijk in de Westelijke Atlantische Oceaan langs de kust van Nova Scotia, Canada, van de Noordelijke Golf van Mexico tot Brazilië maar is afwezig in Bermuda, de Bahama's, de Antillen en Grenada.
Maar, wat weinige mensen weten is, dat indien je in zijn mond kijkt het erop lijkt dat je in een mensenmond aan het staren bent. Bovendien hebben die vissoorten ook een rij platte, botte tanden in hun gehemelte verankerd zitten, waarmee ze oesters en andere schelpdieren kunnen kraken. Vreemd, hé!

11 - Tenslotte hebben dolfijnen ook eigenaardige tanden. Aan het uiterlijk van het dier kon je moeilijk zien hoe oud hij is, maar van zijn tanden zou je zijn ouderdom kunen afleiden. Hoe? Het antwoord is geen onmiddellijke aanrader - want, om zijn leeftijd ruwweg te kunnen bepalen, zou je een tand moeten uittrekken. Het eigenaardige aan een dolfijnentand is, dat die te vergelijken is met de jaarringen van een boomstam. Indien je een tand uittrekt en die overlangs doormidden snijdt, zie je ringen, of groeilagen, en door die ringen te tellen, kunnen wetenschappers bepalen hoe oud het dier is.
