|
Brief aan een Goede Vriend
|
|
God, Herinner je je nog Die ogenblikken in mijn leven Dat ik niet meer in jou geloofde Dat ik er zelfs van overtuigd was Dat je helemaal niet bestond Weet je nog?
Waar is de tijd Dat ik op je vloekte, raasde en tierde Je mijn tegenspoed, mijn ongemakken verweet De momenten dat ik de duivel had willen aanroepen Om hem voor eens en altijd te vragen Of je wel degelijk werkelijk bestond
God, Wat heb ik je waarschijnlijk meermaals ontgoocheld Wat heb ik je toch in alle onwetendheid Zo'n verdriet aangedaan Ik zou me moeten schamen Omdat ik weet dat je mijn Schepper bent Ik zou je nog willen zeggen, dat ik meermaals, op ongeregelde momenten, en dan ook meestal
Zo, Nu heb ik je écht alles opgebiecht En ik hoop dat mijn zinnen in de toekomst Minder lang zullen zijn
En, Als je ooit eens tijd hebt Schrijf je me dan eens terug?
Je vriend
P.S.: nu, achteraf, bemerk ik dat deze bladzijde té smal was, en dat de meeste woorden rechtstreeks naar Jou hemelwaarts zijn gevlogen...
Uit: gedichtenbundel 'De Vraag naar het Waarom' - een uitgave van
Psychon vzw, Borgerhout/Antwerpen - 1980
Commentaar
Reageer
Opgelet: momenteel ben je niet ingelogd. Om onder jouw eigen naam te posten en om een score te kunnen geven kun je hier inloggen.
|