't Is feest, 't is kermis vandaag
'k Ben helverlicht en
De lichtkrans gaat aan en uit.
Muziek spettert in het rond
Dankzij het geestelijk voedsel uit de bakkraam
Geïnjecteerd in mijn diepste wezen
Ontstijg ik uit mijn eigen lichaam.
De helfelle kleuren wriemelen
Alle kramen zijn geopend
Overal is er ontvankelijkheid
Gratis gewenk
Alleen voor mij.
Het molenrad draait
Neemt mij mee de hoogte in:
Een vogel in een glazen kooi
Van geborgenheid.
Het schietkraam lokt en wenkt
Beelden van mijn uiterlijk
Blauwdrukken van mijn innerlijk
Naar het beeld Gods?
Ahaaaa!
Daar staat mijn huis
Het rijk der verschrikkingen
Met wakende monsters - nachtmerriefantasieën
Bovenmenselijke dimensies - demonische kracht
Uit de zijkamers van mijn geest
Springen zij uit de zwartheid op
En te midden van hen dwaalt
Met ratelende ketting - het godvergeten spook
Van mijn dierbaar overleden psychose
Heel gemoedelijk rond.
Op de autoscooter
Besef ik even weer
De metalen hardheid
Van mijn voertuig
Dat via een metalen staaf
Verticaal verbonden is met
Het elektrische veld
Van Daarboven.
Het glaspaleis - sneeuwlabyrint
Een hal - een uitdijend heelal
Van onmetelijke dimensies
Waarin ik nimmer verloren loop
Herinneren me aan
De doorzichtige begrenzingen
Van zoeken en nooit vinden
In mijn oneindige fantasiewereld
Van eindige realiteit.
Uit: gedichtenbundel 'De Vraag naar het Waarom' - een uitgave van Psychon vzw, Borgerhout/Antwerpen - 1980
Commentaar
Reageer
Opgelet: momenteel ben je niet ingelogd. Om onder jouw eigen naam te posten en om een score te kunnen geven kun je hier inloggen.
|