ProfielWie ben ikMijn interessesMijn poëzieBerichtenVriendenBeheer

Het evangelie volgens Vincent van Gogh

Anton Wessels

Het evangelie volgens Vincent van Gogh Type: Hardcover
Uitgever: Ten Have
Gewicht: 750 gram
Aantal Pagina's: 256
ISBN: 90-259-5969-5
ISBN-13: 978-90-259-5969-2
Categorie: Biografie
Richtprijs: € 33,25

Korte Inhoud


Vincent van Gogh is enkele jaren predikant en evangelist geweest. Maar ook nadat hij zijn roeping als schilder gevolgd had, is hij evangelist gebleven. Anton Wessels geeft hiervoor een samenhangend en overtuigend bewijs. Daarvoor plaatst hij het werk van de schilder tegen de achtergrond van zijn hele leven en al zijn werken dus ook van de laatste tien jaar van zijn arbeid als schilder. Het rijk geïllustreerde boek vertelt de boodschap van Vincent van Gogh in woord én beeld, onderverdeeld in drie grote thema's: 'Droef en toch blijde', 'Door duisternis tot licht en 'De kunst van het leven'. Afbeeldingen, tekeningen en schilderijen zijn steeds voorzien van uitleg. Soms brengt Wessels ze in verband met teksten uit de Bijbel, maar vooral citeert hij Van Goghs eigen tekst en uitleg. Het evangelie volgens Vincent van Gogh toont aan hoezeer Van Gogh in gesprek is geweest met en geïnspireerd werd door zijn 'medepelgrims op weg'.

Anton Wessels schreef eerder Een soort Bijbel. Vincent van Gogh als evangelist. Hij is emeritus hoogleraar godsdienstwetenschap en hield zich in die functie vooral bezig met de islam.

Uittreksel


Blz. 11: Inleiding

Een soort Bijbel was de titel van mijn boek over Vincent van Gogh als evangelist, dat in 1990 in het Nederlands en in 2000 in het Engels is verschenen. 'Een soort Bijbel' is de uitdrukking die Vincent gebruikte voor de illustraties die hij zag en uitknipte uit Engelse geïllustreerde tijdschriften. Dat waren voorstellingen van de 'Zware tijden' (Charles Dickens) van het negentiende-eeuwse Engeland. Hij zou zich in zijn eigen werk heel sterk door die beelden laten inspireren en deze uitdrukking is dan ook heel toepasselijk voor veel van Van Goghs werk.

De talloze illustraties van bijbelse verhalen die Rembrandt en Marc Chagall hebben gemaakt, zijn gebruikt om een Rembrandt- en een Chagall-Bijbel samen te stellen. Dat zou je op deze manier met het werk van Van Gogh niet kunnen doen. Vincent heeft immers slechts enkele voorstellingen gemaakt die je bijbelse illustraties zou kunnen noemen, zoals De barmhartige Samaritaan, De opwekking van Lazarus en De Pietà (Maria met de dode Jezus op haar schoot), en natuurlijk een reeks Zaaiers. Het is Vincent echter om iets anders en meer te doen dan het maken van illustraties bij de Bijbel, het gaat hem om de gedachte die eraan ten grondslag ligt: 'Het is niet zijn bedoeling de Bijbel te illustreren doch het geloofsleven, waarvan de Bijbel getuigt, door zijn kunst uit te drukken' (R. Miedema, 1993).

In dit boek wil ik 'het evangelie volgens Vincent van Gogh' presenteren aan de hand van drie thema's die aan Vincent, de schilder en schrijver (van Brieven), zelf ontleend zijn: 'droefheid en blijdschap', 'duisternis en licht' en `de kunst van het leven.

Om met dat laatste thema te beginnen: lijkt het niet tegenstrijdig over de kunst van het leven of de levenskunst van Vincent te spreken? Staat hij juist niet bekend als iemand die gek werd, zich het oor afsneed en aan zijn korte leven zelf een einde maakte? Niettemin is hij niet alleen voortdurend bezig geweest met de kunst, maar juist ook met de kunst van het leven. Volgens hem moet je 'leren lezen, zoals je moet leren zien en leren leven' (cursiveringen van mij, AW).

Als hij zijn zuster Wilhelmien aanraadt moderne literatuur te lezen, beveelt zij op haar beurt hem een boek aan met de titel De zin van het leven. Daarin wordt het succesvol zoeken naar geluk van een man beschreven. 'De vreselijke titel' schrikt Vincent echter een beetje af. Hij ziet als de moraal van dit verhaal 'dat een man in bepaalde gevallen uiteindelijk een leven met een vriendelijke toegewijde vrouw en haar kind verkiest boven het leven in restaurants, op boulevards en in cafés, dat hij voordien zonder al te veel buitensporigheden had geleid.'

`Ongetwijfeld is dat heel aardig,' antwoordt hij zijn zuster enigszins ironisch, maar aan zijn broer Theo bekent hij onomwonden dat dit boek hem voor eigen gebruik absoluut niets over de zin van het leven leert. Hij verwijst dan zelf naar ándere literatuur die hij veel levensechter vindt.

`Levensechter' heeft Vincent van Gogh als erflater van de Nederlandse beschaving - door Annie Romein-Verschoor als 'meester van de menselijkheid' gekarakteriseerd - in zijn werk een boodschap gebracht over de weg die hij zelf gaat. Over de weg die de mens in het onrustige bestaan aflegt, de pelgrimage langs de verschillende stadia op de levensweg, waarbij hij niet over de zin van het leven, maar over de echte kunst van het leven spreekt.

Het is fascinerend te zien en te lezen op wat voor ontroerende wijze hij worstelt met de diep menselijke vragen van het vanwaar, waartoe en waarheen in het leven. Hij ziet zich daarin niet alleen staan, maar (h)erkent in predikanten, dominee-dichters, schilders, schrijvers en andere kunstenaars belangrijke geestverwanten en bondgenoten, die op soortgelijke wijze een eigen weg door het leven trachten te vinden, die te wijzen en zelf ook daadwerkelijk zijn gegaan. Steeds blijkt hoezeer hij in gesprek is met, en wordt geïnspireerd door zijn 'medepelgrims' op die weg.

In het eerste deel 'Leven en werk van Vincent van Gogh' staat centraal hoe Vincent aanvankelijk in de kunsthandel van zijn familie werkt, daarna als leraar, (hulp)predikant en evangelist in Engeland en het mijndistrict de Borinage in België, voordat hij definitief kiest voor het kunstenaarsbestaan.

Verschillende godsdienstige invloeden werken aanvankelijk op hem in: de kerkelijke richting waartoe zijn vader, de predikant, behoorde, waarbij leven belangrijker is dan de leer. Verder ondergaat hij de invloed van de moderne theologische richting van zijn oom, ook predikant, die de figuur van jezus dichter bij de moderne mens tracht te brengen. Dan inspireren hem de dominee-dichters die in de traditie van de emblemataboeken, zinnebeeldige prenten voorzien van berijmde onderschriften en zo kunst en geloof trachten te verbinden. Daarnaast is er uiteraard de invloed van beeldende kunstenaars uit verleden en heden. Moderne literatuur, vooral de Engelse en Franse, is hem dierbaar en hij ziet een nauw verband tussen geloof, literatuur en kunst.

In het tweede deel ligt het accent op het thema van 'blijdschap en droefheid', dat Vincents hele leven én werk kenmerkt. Hij die `de universiteit van droefenis' doorlopen heeft, wil zelf heel concreet ook de nood van anderen lenigen (in de Borinage, Den Haag en Parijs). Hoewel leed onvermijdelijk blijft, moet men volgens hem toch niet klagen. Hij beeldt tuinen uit: van de hof van Eden, het Paradijs, de tuin van de dichter, tot en met de hof der olijven, waar Jezus voor zijn gevangenneming en kruisiging verkeerde, het symbool voor de uitdrukking van angst. Getsemane acht hij mooier dan de paradijstuin. In de dood schuilt voor hem geen droefheid.

De focus van het derde deel ligt op de thematiek van 'licht en duisternis'. Het clair-obscur speelt in zijn leven en werk als kunsthandelaar, evangelist én schilder een heersende rol: het licht en duisternis in het leven van mijnwerkers, `de dragers van lasten', op weg naar het licht. De donkere nachten worden verlicht door het licht van de sterren.

De Nederlandse schilders van het licht zijn zijn grote inspiratiebronnen: Rembrandt van Rijn, Johannes Vermeer van Delft en Jan Hendrik Weissenbruch, schilder van de Haagse School, maar ook moderne literatuur is voor hem een bron, vol van werkelijkheid, die licht doet schijnen in de moderne tijd. Daarbij leest en duidt Vincent 'het grote boek van de natuur'. De vier seizoenen doen hem denken aan de vier evangelisten uit het Nieuwe Testament (Matteüs, Marcus, Lucas, Johannes), die hem spreken van een werkelijkheid boven de werkelijkheid; het 'quelque chose la haut' (het iets daarboven')en de straal van boven'.

Recensie

door Tsenne Kikke
Studie over de religieuze en humanistische aspecten in het werk van Vincent van Gogh (1853-1890), geschreven door hoogleraar godsdienstwetenschap Wessels die eerder 'Een soort Bijbel. Vincent van Gogh als evangelist'* publiceerde. Hij doet zijn onderzoek aan de hand van vier thema's: leven en werk van Van Gogh, blijdschap en droefheid, licht en duisternis en de kunst van het leven.

Van Gogh kwam uit een protestants predikantengezin. Voordat hij zijn roeping als schilder volgde, deed hij een theologieopleiding en was korte tijd evangelist in Engeland en België. Hij wilde missionaris worden, een zaaier van het woord. Uiteindelijk werd hij toch schilder om op andere wijze troost te brengen. De belangstelling voor levensvragen en de Bijbel is terug te vinden in de uitbeelding van armoede, mijnwerkers, wevers, boeren en de natuur. Rijk geïllustreerd boek met veel aandacht in woord en beeld voor andere kunstenaars en literatoren die hem geïnspireerd hebben. Voor ingewijden in het werk van Van Gogh en geïnteresseerden in de combinatie religie en kunst.

Mooi uitgegeven boek, met talrijke illustraties, waarin de religieuze visie van Vincent van Gogh goed gedocumenteerd ter sprake komt.
Adverteren
Zoek&Vind
Meer
Spiritualia
Contact
Copyright © 2008-2024 Spiritualia. Alle rechten voorbehouden. | Privacy Statement | Gedragscode | Algemene Voorwaarden | Auteursrecht